top of page

T H E R A P I E

Orthopedische revalidatie • Viscerofasciale therapie

PSX_20201202_172428.jpg
PSX_20201202_172428.jpg

Behandelmethode

De therapie die ik aanbied gaat uit van de nieuwe anatomie. Hierbij wordt veel meer aandacht geschonken aan de samenhang van structuren. Een spier is nooit de oorzaak van het probleem. Door niet alleen naar de klacht lokaal te kijken maar het lichaam als geheel te zien werken we naar een effectievere behandeling met resultaat. Zo kan een blokkade in de heup ervoor zorgen dat nekklachten optreden, wat zich weer kan resulteren in hoofdpijnklachten.
 

Deze methode kan naast gewrichtsklachten, ook toegepast worden bij longziekten, revalidatie COVID-19, revalidatie na kanker en behandeling van littekenweefsel.

Werkwijze

Bij deze behandelmethode wordt vooraf aan elke behandeling éérst getest wat de juiste techniek, oefening en richting is. Aan de hand van deze testen wordt bepaald welke techniek, locatie van de techniek, richting van de techniek en intensiteit het meest effectief is voordat deze wordt toegepast. Doordat iedere tapetechniek en mobilisatietechniek vooraf bepaald wordt zijn de technieken altijd effectief.

Ik behandel niet alleen de symptomen zoals pijn, spierspanning, instabiliteit of spierzwakte, maar spoor de oorzaak van de klacht op en pak deze aan. Er wordt vooraf bekeken ‘hoe de deur open gaat’ wanneer je mobiliteit beperkt is en dus niet alleen de pijn of spierspanning bestrijden.

Hoe ziet een behandelplan er uit?

 

• Door middel van sneltesten bekijk ik wat de voorkeursrichting van de behandeltechniek en oefening wordt.

 

• Aan de hand van specifieke manuele technieken worden de botstukken, gewrichten, zenuwvezels, organen, bindweefsel en bloedvaten in de juiste richting gepositioneerd.

 

• Aan de hand van een sneltest wordt het botstuk en de spier-bindweefsel structuur waar nodig in de voorkeurs richting ‘’ingestuurd’’ door middel van elastische tape.

 

• Op moment dat het lichaam pijnvrij is na de behandeling, wordt er samen met de therapeut gekeken naar gerichte oefeningen voor een blijvend resultaat.

PSX_20201202_171352.jpg

Effectiviteit

De traditionele fysiotherapie gaat uit van de theorie dat spieren de botten in beweging zetten. Spieren, botten en bindweefsel worden als aparte structuren gezien en de behandeling van spieren staat centraal. Bij klachten van het bewegingsapparaat wordt bij de traditionele fysiotherapie gekeken naar spierkracht, spierverkorting, spierlengte, spiertonus, samenwerking van spieren, spierpijn en triggerpoints in de spieren.

De nieuwe anatomie en daarbij behorende behandelwijze heeft een compleet andere kijk gebaseerd op de nieuwe anatomie zoals beschreven in  het boek 'Anatomy Trains'. Hierbij staan niet de spieren centraal, maar de fascie. Fascie is het centrale bindweefsel dat alle botstukken, gewrichten, spieren en organen omringt en alles met elkaar verbindt. Door verklevingen van de fascie verandert de trek- en drukkracht, waardoor bewegingen afremmen, spieren verzwakken en pijn ontstaat. Via diverse protocollen gaat de therapeut de gewrichten testen en vervolgens behandelen.

Wetenschappelijk bewijs

Een experimentele studie van de Universiteit van Brussel toont aan dat de bovengenoemde methode positief werkt in vergelijking met standaard oefentherapie bij mensen met chronische lage rugpijn. De kwaliteit van leven neemt toe, pijn tijdens bewegen neemt duidelijk af en de romp mobiliteit neemt toe. Dit is een eerste pilotstudie. Momenteel lopen er nog twee grote studies.

PSX_20201202_170758.jpg
bottom of page